vorig gedicht | volgend gedicht | leesvolgorde | op alfabet | intro


Exodus


ik sta te trillen op mijn benen
in de woestijn zonder einde
het zand kleurt bloedrood
net als het zwaard in mijn hand
zij liggen om mij heen
mijn ontzielde reisgenoten
ik heb ze het zwijgen opgelegd

het gruis van goud schittert in de zon
ik begraaf het diep onder het zand
de oorlogsfotograaf spreekt minzaam
je denkt toch niet dat het helpt
het verpulverde godsbeeld begraven
en de beeldend kunstenaar sparen
Aäron zal opnieuw toeslaan

het is stil doodstil
god heeft geen gezicht meer
er is geen weg terug
ik verlaat het slagveld
bevrijd en zonder angst
bestemming onbekend

vorig gedicht | volgend gedicht | leesvolgorde | op alfabet | intro